#Metoo in de kunsten: sector en beleid organiseren zich voor een veilige werkomgeving
De open brief door 20 (voormalige) werknemers en stagiairs bij Jan Fabre/Troubleyn, waarin o.a. vernederende praktijken en seksueel grensoverschrijdend gedrag worden aangeklaagd, situeert zich in de bredere #metoo-beweging van het voorbije jaar en de getuigenissen die daardoor aan het licht kwamen. Een jaar waarin ook sector en beleid diverse initiatieven namen om een veilige werkomgeving voor kunstenaars te garanderen.
In de open brief, gepubliceerd op rekto:verso staan verschillende getuigenissen van grensoverschrijdend gedrag bij Troubleyn, het gezelschap van Jan Fabre. Door met de getuigenissen naar buiten te komen willen de initiatiefnemers, waarvan 8 van de 20 ook hun naam bekendmaken, behalve nieuwe werknemers waarschuwen voor de wanpraktijken binnen Troubleyn ook een gesprek starten over werkomstandigheden in de kunstensector als geheel: “deze brief moet gelezen worden als een poging om een einde te maken aan een zwijgcultuur en om aandacht te vragen voor toxische werkomgevingen in het brede artistieke veld.”
De open brief komt er dan ook na verschillende mislukte pogingen om in gesprek te gaan met de organisatie en de vrees dat een gerechtelijke procedure te lang op zich zou laten wachten. “We riepen de hulp in van verschillende sectororganisaties, maar geen van hen lijkt het mandaat te hebben om tussen te komen in de situatie bij Troubleyn. Met steun van de vakbond hebben we zelfs juridisch advies ingewonnen, maar we zijn tot de vaststelling gekomen dat het rechtssysteem te traag is.”
De getuigenissen werden opgevolgd door Engagement (gesteund door Kunstenpunt in het kader van D.I.T.) en Acod Cultuur, de socialistische vakbond voor de cultuurwerkers. Acod verzekert de betrouwbaarheid ervan, onderschrijft de kritiek en staat garant voor de bescherming en ondersteuning van de getuigende kunstenaars.
Een week later, op 20 september 2018, verscheen eveneens in rekto:verso, een Choreographers’ Statement: Beweging maken: naar solidariteit en ethische kunstpraktijken. Tientallen choreografen die in België werken, verklaren zich solidair met de 20 auteurs van de open brief. Ze roepen de sector op om verantwoordelijkheid te nemen en steun, bescherming en bemoediging te bieden. Samen met beleid en sectororganisaties willen ze op korte termijn een transparant begrip van professionele ethiek, respect en integriteit formuleren. “Als individuele kunstenaars roepen wij de kunstorganisaties op om ons in deze intenties te steunen, omdat zij vaak in minder precaire omstandigheden werken.”
Actieplan en doorlichting
Uit eerdere voorvallen bleek al de nood voor een samenwerking tussen sector, vakbonden en beleid om deze problematiek effectiever aan te pakken. Eind juni werden de resultaten bekendgemaakt van een onderzoek (CuDOS) naar grensoverschrijdend gedrag in de cultuur- en mediasector waaruit bleek dat grensoverschrijdend gedrag in beide sectoren sterk aanwezig is. De helft van de vrouwen in de cultuur- en/of mediasector hadden grensoverschrijdend gedrag ervaren. Eén op vier vrouwen uit de cultuursector gaf aan het voorbije jaar ongewenste fysieke of seksuele toenaderingen te hebben ervaren. Vier procent zei dat ze gedwongen of gechanteerd werden om seksueel contact te hebben.
Als gevolg van deze resultaten stelde de minister samen met de sectoren en de vakbonden, een actieplan voor om de problematiek aan te pakken. Het plan moet ervoor zorgen dat de kanalen om klachten te melden beter gekend zijn, dat ze beter benut worden en dat de slachtoffers sneller geholpen worden. Er komt een versterking van het meldpunt 1712 en een ombudsman of -vrouw als aanspreekpunt en bemiddelaar. Het actieplan zorgt voor de opleiding van vertrouwenspersonen binnen organisaties en informatieverstrekking aan leidinggevenden en in raden van bestuur. In beheersovereenkomsten of in de subsidievoorwaarden die de overheid oplegt, zullen bepalingen over grensoverschrijdend gedrag worden opgenomen.
Overleg kunstenorganisaties (oKo) ijvert ook voor een sectoraal aanspreekpunt. Leen Laconte, directeur van oKo: “Dat moet klachten opvangen van slachtoffers die nood hebben aan een onafhankelijke instantie en kan doorverwijzen, bemiddelen en remediëren indien nodig.” Misschien had zo’n aanspreekpunt soelaas kunnen bieden aan de ondertekenaars van deze brief. Als we er in de toekomst werk van kunnen maken, hebben we er een extra instrument bij om in te zetten op preventie en sensibilisering. En om, als het toch nog tot klachten komt, die op een serene manier te behandelen. Grensoverschrijdend gedrag is bij uitstek een thema dat die aanpak verdient.”
In reactie op de open brief van de (voormalige) werknemers en stagiaires van Troubleyn, stelt Minister Gatz dat hij de brief ernstig neemt en de opdracht heeft gegeven aan het departement Cultuur, Jeugd en Media om na te gaan wat er binnen het gezelschap van Jan Fabre precies gebeurd is om een zo correct mogelijk beeld van de situatie te krijgen.
Meer informatie
In onze gids voor kunstenaars en voor organisaties vind je een overzicht van het juridisch kader, preventiemaatregelen en sectorkennis over discriminatie en seksisme.
Meldpunt 1712
Download hier het volledige actieplan.