Impressies over Cluj-Napoca (Roemenië) naar aanleiding van een werkbezoek
Kunstenpunt werd uitgenodigd op een tweedaagse conferentie in Cluj-Napoca (Roemenië) waarmee de organisatoren de plannen voor een nieuw instituut voor hedendaagse kunst ‘European Centre for Contemporary Art’ aftoetsen met buitenlandse experten.
De conferentie vond plaats op 24 en 25 november 2017 met als titel ‘In search for institutional models; showcasing, studying and preserving contemporary art’. Ik leverde een bijdrage over fair practice in de relatie tussen instituut en kunstenaars op basis van trajecten en onderzoeken van Kunstenpunt en ‘best practices’ in Vlaanderen. Na deze conferentie heb ik de belangrijkste personen en organisaties ontmoet in een middelgrote stad met een bijzondere dynamiek in de kunsten.
Roemenië is in 2019 gastland van Europalia. In 2019 viert ook Frankrijk zijn diplomatieke betrekkingen met Roemenië in het kader van het Roemeens presidentschap van de EU in het voorjaar 2019. Roemenië heeft een grote culturele traditie in theater, dans, muziek en beeldende kunst en dat is vandaag niet anders. Zo kwam ook de provinciestad Cluj onder de internationale aandacht met een nieuwe generatie hedendaagse beeldend kunstenaars die wereldwijd worden getoond zoals Adrian Ghenie, Ciprian Muresan, Serban Savu, Cristian Rusu. Cluj dong samen met Boekarest en Timisoara naar de titel van Europese culturele hoofdstad in 2021, die uiteindelijk werd toegekend aan Timisoara (Roemenië). Cluj besliste om een deel van zijn plannen toch te realiseren, waaronder een European Center for Contemporary Art dat werd voorbereid met een internationale conferentie in november 2017, en waarop Kunstenpunt werd uitgenodigd. Kunstenpunt organiseert in 2018 overigens een prospectiereis naar Roemenië in het kader van de focus op Centraal en Zuid-Oost Europa.
Cluj-Napoca is een Roemeense stad met 350.000 inwoners in Transsylvanië, op 450 km van de hoofdstad Boekarest en op 400 km van Timisoara dat bij de grens met Hongarije ligt. Cluj had een etnisch en religieus gemengde bevolking van Roma, Hongaren, joden en Duitsers onder Hongaars bewind en dat is te zien aan de vele 19de-eeuwse gebouwen in Jugendstil. Hoewel de meerderheid van de bewoners sinds de Tweede Wereldoorlog Roemenen zijn heeft de Hongaarse minderheid (20%) recht op onderwijs en cultuur in het Hongaars. Cluj heeft een Roemeense en een Hongaarse universiteit. In de jaren 1950 en 1960 ontstond er economische bloei door de staal- en textielindustrie, waardoor arbeidersgezinnen werden aangetrokken in typische zestigerjaren appartementsgebouwen rond de oude stad. Na de val van de Roemeense dictator Ceauşescu in 1992 werd de stad bestuurd door een nationalistische burgemeester waardoor er een gesloten samenleving was. De laatste 10 jaar trekt de stad gespecialiseerde bedrijven aan binnen ICT, media en de farmaceutische industrie met een grote influx van nieuwe opgeleide werknemers uit verschillende landen. De prijzen van appartementen gaan de hoogte in en zijn voor de modale Roemeen met een laag inkomen van 4 à 500 euro per maand nauwelijks te betalen. Sinds 2016 heeft de stad een dynamisch burgemeester van de democratisch-liberale partij PNL Emil Boc, die wil inzetten op cultuur en vernieuwing. Het voorziene budget voor Cluj Culturele Hoofdstad 2021 — dat uiteindelijk niet gehaald werd; Timisoara werd gekozen — wil de burgemeester behouden om de stad verder te ontwikkelen.
Cluj heeft een klassieke culturele infrastructuur: de Transilvania Philharmonic Hall, de Hungarian Opera, het National Theatre and de Romanian Opera, het Hungarian State Theatre, het stedelijk cultuurcentrum en het stadsmuseum en de Arts Alliance Gallery dat een initiatief is van kunstverzamelaars om moderne kunst uit hun collecties te tonen. British Council, Goethe-Institut, Istituto Italiana en Institut Français hebben er cultuurcentra.
Autonome initiatieven in Cluj worden eind jaren 1990 opgezet door kunstenaars en burgers, die ruimtes openen om via kunst de stad sociaal en cultureel te ontwikkelen. Het zijn geëngageerde initiatieven, nomadische projectorganisaties die gebruik maken van leegstaande ruimtes. Ze doorbreken de leegte en stagnatie in de samenleving door actuele thema’s aan te snijden. Ze geven kunstenaars kansen om te werken.
Casa Tranzit (1997) is de eerste multidisciplinaire ruimte in een oude synagoge waar zowel hedendaagse voorstellingen, optredens, tentoonstellingen als workshops voor kunstenaars en bewoners plaatsvinden. Het werd opgericht door kunstenaars en burgers in de vorm van een stichting.
Het Tranzit netwerk met een focus op actuele productie en discoursontwikkeling opende een afdeling in Cluj in 2002. Vitrines en panelen aan de straatkant functioneren als tentoonstellingsplek. Binnen zijn er ruimtes voor debat en kleine tentoonstellingen.
Projectenorganisatie AltArt focust op actuele topics zoals technologie en migratie in de vorm van langdurige projecten met kunstenaars, wetenschappers, activisten en bewoners.
In 2009 nemen enkele van deze organisaties samen met kunstenaars, producenten en burgers het initiatief om een verfborstelfabriek te huren om er kunstenaarsstudio’s, repetitieruimte voor podiumkunsten, een multidisciplinaire presentatieplek en galeries (zowel kunstenaarsinitiatieven als promotiegaleries) in onder te brengen. De Fabrica de Pensule is een mix van experiment, sociaal geëngageerde kunstruimtes, participatief werken met bewoners en enkele topgaleries met internationale reputatie. De fabriek wordt in een mum van tijd wereldberoemd en blijft tegelijkertijd sterk ingebed in de verloederde arbeiderswijk uit de jaren 1960, een referentiepunt voor de lokale en internationale scene.
De wereldberoemde GaleriaPlan B (2005 Cluj, 2008 Berlijn), opgericht door galeriehouder Mihai Pop en kunstenaar Adrian Ghenie, trekt mee in de Fabrica de Pensule. In Cluj focust de galerie momenteel meer op experiment en research- en documentatieprojecten, terwijl de galerie in Berlijn in hoofdzaak een internationale promotiegalerie blijft. GaleriaPlan B heeft de kunstscene uit Cluj en Roemenië wereldwijd op de kaart gezet: de Cluj School met kunstenaars als Adrian Ghenie, Ciprian Muresan, Serban Savu, Cristian Rusu enzovoort.
In 2016 komt er een split in Fabrica de Pensule: enkele kunstenaars en galeries uit de Fabrica trekken weg naar een andere leegstaande fabriek in de stad, het Center of Interest. Dit bestaat enkel uit kunstenaarsstudio’s voor een 30-tal kunstenaars en vijf galeries op de bovenste verdieping: Baril, Baziș, Camera, Sabot en Spațiu Intac. Het Center of Interest profileert zich homogener als beeldende kunst plek binnen de internationale scene. De split is wellicht te wijten aan het feit dat de vijf galeries internationale ambities hebben binnen de beeldendekunstscene en de mix van disciplines en kunstenaarspraktijken van de Fabrica als een hinderpaal beschouwen.
De eigenaar van de Fabrica de Pensule verbouwt momenteel de fabriek en wenst een deel van de ruimtes te verhuren aan bedrijven in de creatieve industrie, maar heeft beloofd dat de huidige bewoners en activiteiten kunnen blijven.
Enkele bekende kunstenaars zoals Ciprian Muresan, Serban Savu en Marius Bercea houden banden met de Fabrica, maar hebben hun studio in de stad gevestigd.
Galerist Mihai Pop en kunstenaar Adrian Ghenie ontwikkelen daarnaast een beeldendekunstmuseum dat gebaseerd is op drie waardevolle private collecties uit Cluj.
De stad heeft twee universiteiten en de twee belangrijkste autonome kunstplekken samengebracht met de opdracht om een concept en programma te ontwikkelen voor een European Center for Contemporary Art in een leegstaande site in de stad. De opening is voorzien voor 2019. Door het project van onderuit te laten groeien met de kunstscene kan deze nieuwe plek complementaire functies vervullen.
De ontwikkeling van de autonome kunstscene in Cluj is het resultaat van gedreven kunstenaars, producenten, burgers, bedrijfsleiders en politici die samenwerken. Deze samenwerking is uniek en heeft nauwelijks impact op het geëngageerde karakter van de initiatieven.