Financieringsmix: van kapitaal belang
Financieel gezien komt het er voor kunstwerkers op aan een context te scheppen waarin je tijd en ruimte kan vrijmaken om te werken. De financiële, menselijke en sociale flexibiliteit die je daarvoor aan de dag moet leggen is cruciaal en vergt heel wat energie.
De meeste kunstenaars trachten op verschillende manieren te zorgen voor een leefbaar inkomen én middelen om te investeren in hun praktijk. Ze combineren verschillende jobs, artistieke en andere. Hierdoor switchen ze regelmatig tussen financieringsmixen, statuten, organisatievormen, enzovoort.
Van elk contract en statuut leer je best de voor- en de nadelen kennen. Dat kan verschillen van persoon tot persoon. Het is niet omdat een collega het beste af is als zelfstandige in bijberoep of met een vzw dat dat ook voor jou geldt.
Wat is een goede financieringsmix?
- Voor welke elementen in je leven en artistieke praktijk heb je geld nodig?
- Hoeveel maandelijks, hoeveel jaarlijks?
- Waar ga je dat halen?
Die vragen moet je kunnen beantwoorden om dan te beslissen welk statuut voor jou het beste is en hoe je dat organiseert.
1. Waarvoor heb je geld nodig?
Onderzoek, ontwikkeling, een nieuw project, een innovatie, een verblijf in het buitenland, aankoop van materiaal, een overbrugging, bepaalde huurkosten? Maar ook: persoonlijke kosten zoals huur, rekeningen, vrije tijd… Waarvoor heb je geld nodig? Welke zijn je prioriteiten?
Ook de duur speelt een rol. Voor welke termijn heb je geld nodig? Kun je een lijst maken van de kostenposten in je leven en je artistieke werk? Heb je een idee van hoeveel tijd je steekt in je kunstpraktijk en hoeveel tijd er overblijft voor andere zaken die je belangrijk vindt?
2. Hoeveel heb je nodig?
Je hebt een begroting nodig. Voor elk puntje op je lijst moet je een maandelijks of jaarlijks bedrag schatten.
Bij Cultuurloket kun je terecht voor financieringsadvies en het opstellen van een begroting. Dat kan best zo nauwkeurig mogelijk. En hoe beter je begrotingsplan, des te meer kans op financiering. Je toont immers dat je ernstig hebt nagedacht en gepland. Zorg zeker dat je cijfers te koppelen zijn aan je inhoudelijk plan. Om je te financieren moeten mensen je plan snappen en erin vertrouwen.
Het is een goed idee om aan je cijfers ook je visie en/of je missie te koppelen. Daarmee bedoelt men: wat is jouw doel op de langere termijn, waar wil je heen en hoe passen je plan en begroting daarin?
3. Hoe ga je alles financieren?
En dan komt het balanceren. Want de som van je kosten moet je compenseren door inkomsten. Die inkomsten haal je uit verschillende financieringsbronnen.
Hier sommen we er een paar op:
- Inkomen uit werk dat wel of niet te maken heeft met je artistieke praktijk. Veel kunstenaars doen naast hun artistieke project nog andere jobs. Vaak geven ze les, evengoed klussen ze bij buiten de sector.
- Op JuistisJuist vind je tools en richtlijnen voor fair practices binnen je artistieke praktijk. Om sterker te staan bij het onderhandelen bestaan er calculators waarmee je een correcte betaling kunt berekenen. Let wel, het gaat hier om richtlijnen. Er is altijd ruimte om te onderhandelen. Maar zo weet je wat je minstens zou moeten krijgen.
- Subsidies: Het Kunstendecreet voorziet in subsidies. Je hebt ook Vlaamse subsidies buiten het Kunstendecreet of lokale en bovenlokale subsidies.
- Passief inkomen: bv. uit auteursrechten, aandelen, een erfenis …
- Aanvullende financiering: sponsorship, crowdfunding, crowdlending, friendraising, banklening, microkrediet voor starters, cultuurkrediet, taxshelter, winwinlening, private investering, mecenaat, business angel, filantropische stichtingen … Er zijn veel meer mogelijkheden dan je denkt, een overzicht vind je bij Cultuurloket.