Perspective: Underground – Synthese

(c) All Eyes On Hip Hop

Eind vorig jaar publiceerde Kunstenpunt, in samenwerking met een heel aantal partners, een onderzoek naar de sociaal-economische positie van de kunstenaar. De centrale vraag voor dat onderzoek was ‘loont passie?’, oftewel: wie – if anyone – kan leven van zijn/haar kunst?

De resultaten onthulden heel wat verschillen tussen de verschillende disciplines (beeldende kunst, theater & dans en muziek). Maar over het algemeen stelden we vast dat passie vaak niet genoeg is. Veel kunstenaars combineren, al dan niet vrijwillig, hun artistieke werk met lesgeven of met ongerelateerde niet-artistieke prestaties.

Toch zijn er creatieve ondernemers – op kleine en grote schaal – die erin slagen om, vaak na lang knokken, uiteindelijk te leven van de kunst. Kunstenpunt ging op zoek naar interessante D.I.Y.-collectieven, onafhankelijke muzieklabels en andere initiatieven uit de Vlaamse en Brusselse underground. Dit soort bottom-up gegroeide organisaties hebben minstens twee dingen met elkaar gemeen: de liefde voor muziek en de drive om het heft in eigen handen te nemen.

We gingen langs bij enkele fris denkende organisaties binnen uiteenlopende muzikale niches: Willem Vandesande van de All Eyes On Hip Hop-parties; Wout Lievens, de man achter dunk!festival en het post-rocklabel dunk!records; Joris Vaes van Tangram, het ‘bass-oriented’ elektrolabel gebaseerd achter onder meer Up High Collective; en Joshua Dellaert die amper twee jaar geleden het Gentse jazzlabel Solidude Records oprichtte.

Uiteraard behelst deze fijne selectie slechts een fractie van de wildgroei aan interessante muziekinitiatieven en -collectieven in Vlaanderen en Brussel. Maar in de vier diepte-interviews die we afnamen, kwamen vragen, problemen, en vaak inventieve coping mechanisms naar boven, die interessant zijn voor zowat iedereen die in de marge van de industriële mastodonten met muziek bezig is.

Noodzaak boven broodzaak

Wat meteen opvalt: géén van de vier jonge ondernemers – want dat zijn ze uiteindelijk – lanceerde zijn project met een winstoogmerk. Dat is binnen de (alternatieve) muziek eigenlijk tot zulk een evidentie verworden, dat we er amper van opkijken. En toch: vanzelfsprekend is het allerminst. In plaats van hun muzikale ‘product’ te commercialiseren teneinde te kunnen overleven, opteerden onze interviewees stuk voor stuk om op artistiek vlak niet in te binden, maar wel een – al dan niet gerelateerde – bijbaan te strikken. Zo kwam er brood op de plank, zonder dat daarvoor compromissen moesten worden gesloten.

Integendeel. Of het nu gaat om een klein indielabel, dan wel een managementstructuur of een ander collectief: steevast blijkt de motivatie de noodzaak voor een op maat gemaakte ondersteuning van de betrokken muzikanten. “Ten tijde van onze eerste plaat hebben we honderden jazzlabels aangeschreven, maar ondanks de lovende feedback was niemand bereid om ze uit te brengen”, vertelt Joshua Dellaert. “En dus hebben we ze maar zelf uitgebracht. Daaruit is geleidelijk aan Solidude Records gegroeid.

Tangram kent een gelijkaardige ontstaansgeschiedenis, en met hen een hele resem aan andere kleinere en grote labels. Natuurlijk is het niet zo dat elke muzikant die een plaat in eigen beheer uitbrengt uiteindelijk zal doorgroeien tot labelbaas. En dat hoeft ook absoluut niet zo te zijn. Het punt is dat de lancering van een D.I.Y.-initiatief in de regel het gevolg is van een combinatie van verantwoordelijkheidszin en een artistieke urgentie.

De aanhouder int

En toch, overleven van de muziek: het kan. Slechts in beperkte gevallen uitsluitend met het maken en spelen van muziek (60% van wie zichzelf als professioneel muzikant beschouwt, geeft les in het onderwijs). Maar door het opeenstapelen van verschillende jobs en bijbaantjes lukt het menigeen om een min of meer behoorlijk inkomen over te houden aan het eind van de maand.

Een erg belangrijke kanttekening hierbij is wel dat multiple job holders onder zware druk staan. Zo’n 35% van de professionele muzikanten denkt soms aan stoppen. En uit een recent onderzoek van Podiumkunsten.be blijkt dat zelfs tot 47% van de cultuurmedewerkers in het algemeen ‘herstelnood’ ervaren: “De doorsnee medewerker is erg gemotiveerd en betrokken. Maar meer dan een kwart dreigt binnen de zes maanden uit te vallen wegens ziekte, indien er geen ruimte voor herstel komt”.

Joris Vaes van Tangram verwoordt het treffend: “Ik hoop dat we binnen vijf jaar iets meer rust hebben gevonden in de schizofrenie waarin we baantjes combineren om rond te komen”.

Maar wie lang genoeg op z’n tanden bijt, die komt er wel, als we ons mogen baseren op de vier geïnterviewden. Willem, die in 2005 voor het eerst een hip-hopfeest organiseerde, kon na twaalf jaar aan de weg timmeren eindelijk de stap wagen om van zijn hobby zijn beroep te maken. Ook Wout van dunk!, dat in hetzelfde jaar het levenslicht zag, is intussen fulltime bezig met het festival, label en de dunk!store. Joris van Tangram werkt deeltijds als programmator en combineert het label sinds 2012 met zijn hoofdberoep. Joshua, die pas eind 2015 Solidude Records lanceerde, combineert momenteel nog het grootst aantal verschillende jobs.

Wie veel geduld en doorzettingsvermogen heeft, en af en toe bereid is om een droge boterham te eten, die komt er hopelijk wel. In the long run. Maar dat is natuurlijk niet voor iedereen weggelegd.

Devotional presence

Maar hetzij als veredeld hobbyisme, hetzij in de aanloop naar een professionele muziekcarrière: waar kleine labels en muziekcollectieven heden ten dage wél steevast in uitblinken, dat is in hun online activiteiten. Spotify, Deezer, Apple Music, iTunes, Tidal, BandCamp, SoundCloud, YouTube, Vimeo, SongKick, ReverbNation, BandsInTown, e.a. Elk platform waarop je niet aanwezig bent, is een verlies van potentieel publiek, en bijgevolg inkomsten. Let wel: een account hebben is niet voldoende. Platformspecifieke en unieke content is een must (behalve tussen de zuivere muziekstreamingdiensten onderling).

En dus komt het er op neer keuzes te maken. Weten via welke kanalen je jouw doelpubliek het best bereikt, en je (beperkte) middelen zo efficiënt mogelijk inzetten zijn daarbij cruciaal. “Als artiest, label of eigenlijk eender welk bedrijf kan je er niet rond dat je online aanwezig moet zijn. En liefst zo professioneel mogelijk”, zegt Joris van Tangram Records. “Wij spelen in op al die platformen, net omdat we het gevoel hebben dat een deel van ons publiek op SoundCloud zit, maar een ander deel op BandCamp.

Een van de platformen waarop heel wat undergroundartiesten en -labels inzetten, is BandCamp. Collega Tom Ruette filtert elke week de nieuwe Belgische releases die op het platform verschijnen. Enige tijd geleden pende hij een verslag van zijn analyse neer. Resultaat: grosso modo 650 releases tussen 1 januari en 31 maart 2017. Dat is niet onaardig, integendeel.

Nu is het zo dat het bij digitale releases niet altijd gaat om een volledige plaat. Ook losse nummers, radiosessies, preproducties of zelfs demo’s belanden op BandCamp. Het nadeel van een dergelijke ‘democratisering’ is dat het allesbehalve evident is om boven de grijze massa uit te steken. Eén platform volstaat zelden of nooit. Het is de combinatie van alle verschillende kanalen die hopelijk kan leiden tot de nodige impact.

Of juist niet, natuurlijk. Sommige artiesten kiezen bewust voor onpopulaire ‘tags’ of termen die niet meteen met de muziek gerelateerd zijn, om origineel uit de hoek te komen. Zo noemt de Luikse producer Ssaliva zijn muziek ‘devotional’. Een tactiek als een ander, als je doelpubliek er de humor van inziet. De meest gebruikte tags voor Belgische releases zijn daarentegen: ‘electronic’, ‘experimental’ en ‘alternative ambient’.

C*mpr*mise your way to the top?

Maar of het nu gaat om ‘dark minimal experimental electronica’ of ‘een asociaal feestorkest’ (Gruppo di Pawlowski), wat opvalt bij een verkenning van de Vlaamse muzikale marge, is dat iedereen zijn best doet om medewerkers en freelancers zo behoorlijk mogelijk te vergoeden. Tegelijk helpt het als je een beroep kunt doen op geëngageerde vrijwilligers.

Ik moet rekenen op mensen die tijd voor mij kunnen vrijmaken. En ik probeer iédereen te betalen die mij helpt, en dat lukt mij wel”, zegt Willem van All Eyes On Hip Hop. Hij is bestuurder van zijn commanditaire vennootschap. Bij dunk!records is Wout de enige werknemer van de vzw. Ze werken met om en bij de honderd vrijwilligers, die ze afhankelijk van hun functie vergoeden met festivaltickets, merchandise, vrijwilligersvergoedingen of op factuur.

Het is echter niet voor iedereen evident om alle medewerkers te vergoeden. Als je (nog) niet voldoende inkomsten verwerft om zelf comfortabel rond te komen bijvoorbeeld. Joshua Dellaert van Solidude Records is behalve labelbaas ook nog bassist in een tiental actieve groepen, boekingsagent van de bands op zijn label, docent in twee muziekscholen, coördinator in een van die scholen én lesgever aan de jazzacademie van Muziekmozaïek. En toch is zijn insteek wat het beheer van zijn middelen betreft opvallend solidair. Als labeleigenaar investeert hij mee in de platen van zijn bands, als boeker tracht hij hen aan voldoende optredens te helpen om minstens een break-even te halen.

Toch speelt er voor hem ook een dilemma waar menig undergroundmuzikant mee te maken krijgt: sluit je – al dan niet muzikale – compromissen om meer mensen te bereiken? Instinctief schreeuw je als rechtschapen lezer nu natuurlijk luidkeels inwendig van “Nee!”. Maar wat als je toekomstige muziekcarrière ervan afhangt? Hoe lang kun je bijvoorbeeld koppig volhouden om ver van Spotify weg te blijven, omdat je je niet kunt vinden in hun verloningsbeleid? Hoe lang kun je potentiële inkomsten van ‘monetisation’ op YouTube laten liggen, omdat je luisteraars niet wilt vervelen met irritante reclame in de marge?

Steeds meer managers en muzikanten uit het alternatieve en undergroundcircuit opteren ervoor om vooral op louter artistiek vlak het sluiten van compromissen te beperken, maar wel het onderste uit de kan te halen qua bereik, reclame-inkomsten en verkoop.

Global village

Alleen zo kun je uiteindelijk dat ultieme doel benaderen, die droom om je muzikale ambities (internationaal) waar te maken. “Iets waar we naar op zoek zijn met een aantal groepen”, vertelt Joshua Dellaert, “is hoe we met minder evidente muziek de ‘gewone‘ luisteraar toch kunnen bereiken”. De kunst zit ‘m volgens Willem van All Eyes On Hip Hop in geduldig opbouwen naar je doel. “Pas na twaalf jaar gestaag groeien en naam opbouwen waag ik nu de stap om de sprong in het duister te maken”, legt hij uit. Een volgende stap is nu de uitbreiding van Gent naar Antwerpen en Brussel. Daarna volgt mogelijk het buitenland.

In dat buitenland zijn dunk!festival en Tangram Records al aanwezig: respectievelijk met een eerste festivaleditie op Noord-Amerikaanse bodem enerzijds, en samenwerkingen in Rotterdam, Parijs en Los Angeles anderzijds. Tegelijk is het best een prestatie om post-rockfans van over de hele wereld (o.a. Chili, Zweden, Zuid-Korea, Mexico, Brazilië) aan te trekken naar het pittoreske Zottegem voor het jaarlijkse dunk!festival. Even indrukwekkend is de mate waarin de muziek op Tangram Records, via pakweg SoundCloud, een internationaal publiek vindt van Sydney tot Californië.

En toch is de honger naar een volgende stap moeilijk te stillen: “Binnen vijf jaar willen we op z’n minst een eigen kantoor en sterkere internationale samenwerkingen”, duidt Joris Vaes van Tangram. En zo heeft ieder voor zich zijn eigen doelen voor ogen.

Aan ambitie allerminst een gebrek in de Vlaamse muzikale marge. Dat is het minste dat je kunt zeggen. En toch is er voldoende realiteitszin om de juiste kansen te grijpen en een visie over meerdere jaren te ontwikkelen. “Ik heb heel veel leuke ideeën in mijn hoofd, maar ik denk dat ik best met mijn voetjes op de grond blijf en stap per stap bekijk. Zo heb ik dat trouwens altijd al gedaan”, weet Willem van Alles Eyes On Hip Hop.

Make up your mind

Misschien is dat wel een treffend advies om ons ‘Perspective: Underground’-dossier mee af te sluiten. Wat nemen we mee uit ons kwalitatieve onderzoek?

De Vlaamse (en bij uitbreiding Belgische) underground is een broeihaard van talent. Een deel van de scene kiest er bewust voor om onder de radar te blijven. Een ander deel wil die marge ontstijgen. Maar alleen wie naast het nodige talent beschikt over veel geduld, een quasi-onuitputtelijk doorzettingsvermogen, een flexibele attitude, de liefde voor het vak en de nodige leergierigheid zal daar ook daadwerkelijk in slagen.

Onmogelijk? Zeker niet. Gemakkelijk? Nog veel minder. Nodig? Niet voor iedereen. So why don’t you make up your mind?

Je leest: Perspective: Underground – Synthese